20 februari 2024
Boeren die zorgen voor de natuur, konden vorige week opgelucht ademhalen. Het was even spannend want de EU-subsidiepot voor ecodiensten bleek te klein voor alle aanvragen die boeren in ons land hadden gedaan. De oplossing die Brussel in zo’n geval aanreikt, is de kaasschaafmethode: elke boer wat minder. Maar dat zorgde voor beroering. Want boeren hebben de inkomsten uit diensten voor de natuur mede nodig om hun begroting rond te krijgen.
Blijf op de hoogte
Krijg een melding bij belangrijke artikelen van Opinie.
Dat geldt voor boeren die willen investeren in de overgang naar natuurinclusieve landbouw, en voor hun collega’s die al zijn overstapt maar te maken hebben met lagere opbrengsten per hectare van duurzame landbouw. Brussel heeft nu goedgekeurd dat de kaasschaaf vervangen wordt door aanvulling uit het Nederlandse stikstoffonds. Dat vind ik terecht. De omslag naar duurzame landbouw kan niet zonder de ‘wortel’ van subsidies.
Kan het echt niet zonder? Dat is eigenlijk de verkeerde vraag. Want de landbouw in Europa wordt al decennialang gesubsidieerd en niet zo weinig ook. Dus de eerlijke vergelijking van agrarische ecosubsidies is die met de subsidies die boeren sowieso al als inkomenssteun krijgen. Dat gaat om veel meer geld dan de ecoregeling. Vorig jaar betrof de inkomenssteun 207 euro per hectare tegenover 60 tot 200 euro per hectare voor de ecoregeling, afhankelijk van hoeveel diensten de boer levert aan de natuur.
Dat is weliswaar een mooie wortel maar de ecoregeling betreft hooguit 25 procent van de totale Europese subsidiepot. Die andere 75 procent beloont nog steeds schaalvergroting omdat die gekoppeld is aan de hoeveelheid grond die een boer heeft. En deze subsidies staan volledig los van een visie waar we met de landbouw naartoe willen in de komende decennia.
Naast de wortel kent het Europese landbouwbeleid ook een stok om verduurzaming te stimuleren. Dat betreft steeds strengere regelgeving, zoals beperking in de hoeveelheid mest die over het land uitgereden mag worden en beperking van de methaanuitstoot. Het is die stok die zorgt voor trekkers op de Europese snelwegen en paniekerige politici met een zwakke ruggengraat.
Wortel zorgt voor perspectief
Het is de stok die onzekerheid brengt bij boeren– hoe kun je aan al die regelgeving voldoen terwijl de standaardprikkel voor schaalvergroting blijft bestaan? Als de gierput door steeds meer koeien telkens vroeger in het jaar vol zit maar boeren daar steeds minder van over het weiland mogen uitrijden?
Terwijl de stok tot onzekerheid en frustratie leidt, is het de wortel die juist voor perspectief zorgt. Dat de boeren snakken naar perspectief is wel duidelijk, anders was er niet zoveel belangstelling voor de ecoregeling. Het is daarom niet alleen economisch maar ook politiek verstandig om die regeling snel fors uit te breiden.
Bovendien is het verstandig om de stok te vervangen door een nieuwe wortel: door koppeling van een duurzame langetermijnvisie op de landbouw aan de inkomenssteun. Zodat die 207 euro per hectare niet meer het oude systeem in stand houdt maar boeren helpt om te verduurzamen met behoud van inkomenszekerheid.
Dat kan budgetneutraal door bijvoorbeeld boeren die aantoonbaar minder stikstof uitstoten, minder mest uitrijden en minder sojavoer uit het buitenland gebruiken meer te betalen en boeren die dat niet doen minder te betalen.
Dus duurzame wortels uit Brussel graag.